Aanwijzingen voor auteurs

Caert-Thresoor is een tijdschrift dat zich zowel richt op de wetenschappelijke beoefenaars van de geschiedenis van de kartografie als op de liefhebbers van oude kaarten. Artikelen moeten zodanig geschreven zijn dat zij ook begrijpelijk zijn voor niet-academici. Het onderwerp van een artikel dient een relatie te hebben met de geschiedenis van de kartografie in Nederland in de ruimste zin: Noord- en Zuid-Nederlandse kartografen, in de Nederlanden uitgegeven of gemaakte kaarten, kaarten van Nederlandse of Belgische grondgebieden, voormalige koloniën. Bij uitzondering kunnen ook artikelen geplaatst worden die de algemene geschiedenis van de kartografie behandelen.

Door een artikel in te zenden gaat de auteur akkoord met een gedeeld auteursrecht dat zowel bij hemzelf als bij de Stichting Barend Langenes, de uitgever van Caert-Thresoor, berust. Beide partijen moeten toestemming van de andere partij krijgen met betrekking tot eventuele overname van (gedeelten van) het artikel of herplaatsing. De redactie is altijd gerechtigd het artikel op de website van Caert-Thresoor te plaatsen.

Redactieadres:
Secretariaat Caert-Thresoor
Dhr. drs. R. Storm
Postadres: Allard Pierson | De Collecties van de Universiteit van Amsterdam
Oude Turfmarkt 129
1012 GC Amsterdam
E-mail: redactie@caert-thresoor.nl

Lengte, titel, indeling en auteur
Zowel kortere als langere artikelen worden geplaatst. De maximale omvang van een artikel, inclusief noten, literatuur en Engelstalige samenvatting, is 3000 woorden. In principe is een grotere omvang mogelijk indien de auteur zelf, in overleg met de redactie, voor financiering zorgt.
Een korte en duidelijke titel maakt een artikel in een bibliografie vindbaar. De titel maakt duidelijk waarover het artikel gaat. Bij een fantasietitel kan een ondertitel verduidelijking brengen (bijvoorbeeld: Als off men daer sellfs in locu waer. Vroeg zeventiende-eeuwse verveningskaarten van Zuidwest-Drenthe.). De volgende elementen moeten – indien van toepassing – bij voorkeur in de titel voorkomen: kartograaf, regio, datering. (NB: bij bekende kartografen, zoals Ortelius, Blaeu, Krayenhoff is een datering niet noodzakelijk omdat de naam van de kartograaf bij wijze van spreken de periode al aangeeft).
De eerste alinea bevat een korte, wervende tekst die uitnodigt het artikel verder te lezen. Deze tekst wordt in een grotere letter op een opvallende plaats afgedrukt.
Een indeling in hoofdstukken door middel van tussenkopjes wordt sterk aanbevolen.
Illustraties en bijbehorende bijschriften worden niet in de lopende tekst maar apart aangeleverd. In de lopende tekst wordt tussen teksthaken aangegeven waar de afbeelding ongeveer geplaatst moet worden, bijvoorbeeld: [hier afbeelding 3].
Een artikel wordt in behandeling genomen zodra een complete digitale versie (inclusief de separaat aangeleverde illustraties) ervan binnen is bij de redactie. Elk ontvangen artikel wordt in een redactievergadering toegewezen aan een eerste en een tweede lezer. Zij beoordelen het artikel en stellen eventuele aanpassingen voor. De eerste lezer onderhoudt tijdens dit proces het contact met de auteur. De redactie behoudt zich het recht voor in overleg met de auteur het artikel in te korten.

Spelling
De tekst dient gesteld te zijn in de officiële spelling van de Nederlandse taal, zoals vermeld in de Woordenlijst Nederlandse Taal, ‘s-Gravenhage, 2005 (online versie).
Cijfers en jaartallen: getallen tot en met twintig en de daarop volgende tientallen tot honderd worden volledig uitgeschreven; de rest in cijfers. Gebruik volledige getallen, dus: 1856-1869 (niet: 1856-69), 412-417 (niet: 412-7). Bij vermelding van een eeuw: 19de eeuw.

Voor de spelling van eigennamen wordt het Repertorium van Nederlandse kaartmakers 1500-1900, samengesteld door Marijke Donkersloot-de Vrij, gevolgd. Dit Repertorium kunt u hier bekijken.

Titels van boeken, kaarten en tijdschriften wordt cursief gezet zonder aanhalingstekens. Bij het overnemen van titels van kaarten in lopende tekst wordt het hoofdlettergebruik van het origineel niet gevolgd.

NB: De Woordenlijst der Nederlandse Taal geeft aan dat woorden als kartografie en kartograaf met een c gespeld dienen te worden, dus als cartografie en cartograaf. De redactie is van mening dat deze spellingswijze ongewenst is en geeft de voorkeur aan de schrijfwijze met een k.

Auteursnaam en dankwoord
De naam van de auteur wordt opgenomen volgens de wens van de auteur. De redactie plaatst echter, tenzij de auteur dit expliciet aangeeft, één voornaam en de familienaam, zonder eventuele titel(s).
Op de eerste bladzijde van het artikel wordt de auteur kort voorgesteld door middel van:
Een pasfoto.
De “officiële” naam (eventuele titulatuur en alle initialen).
Een kort curriculum vitae (maximaal 50 woorden), bijvoorbeeld:
drs. P. Klaassen, medewerker vakgroep kartografie, Faculteit der Ruimtelijke Wetenschappen, Universiteit Utrecht.
H. de Groot, tandarts, verzamelaar van kaarten van Drenthe, auteur van Kaarten van Drentherland (Beilen, 1983).
Een eventueel dankwoord aan diegenen die bij de totstandkoming van de tekst behulpzaam zijn geweest kan als ongenummerde noot vóór noot 1 geplaatst worden.

Noten en literatuur
Door middel van noten en/of gebruikte literatuur dienen bronnen aangegeven te worden. Noten worden alleen gebruikt voor literatuurverwijzingen en verwijzingen naar archiefstukken. Toelichtingen bij de tekst dienen in de tekst geplaatst te worden en niet in een noot.
Voor de verwijzing naar literatuur heeft men twee mogelijkheden:
– volledige titel in noot bij eerste vermelding, vervolgens verkorte terugverwijzingen, of
– in noot verwijzing naar literatuur door naam auteur, jaartal en bladzijden en aparte alfabetische lijst met gebruikte literatuur.
De laatste methode heeft de voorkeur van de redactie.
Voorbeelden voor verwijzingen naar literatuur:
Koeman, C. (1972), The sea on paper: The story of the Van Keulens and their ‘Sea-torch’. Amsterdam: Theatrum Orbis Terrarum.
Harley, J.B., & David Woodward (ed.) (1987), Cartography in prehistoric, ancient, and medieval Europe and the Mediterranean. Chicago [etc.]: University of Chicago Press. (The history of cartography; vol. 1).
Voorbeelden voor verwijzingen naar artikelen in verzamelwerken en tijdschriften:
Campbell, Tony, Portolan charts from the late thirteenth century to 1500. In: Harley, J.B., & David Woodward (ed.) (1987), Cartography in prehistoric, ancient, and medieval Europe and the Mediterranean. Chicago [etc.]: University of Chicago Press. (The history of cartography; vol. 1), blz. 371-463.
Jongsma, Tjeerd, Kaart van de provincie Utrecht uit 1840 door Werneke en Brauns. In: Caert-Thresoor 5 no. 1 (1986), blz. 21-25.
Verwijzingen naar archiefstukken moeten bestaan uit de naam van de archiefbewaarplaats, de vestigingsplaats van die archiefbewaarplaats, de (verkorte) naam van het archief, inclusief het nummer van de archieftoegang, gevolgd door het inventarisnummer en een eventuele nadere aanduiding als bladnummer en/of exhibitum-datum.
Voorbeeld:

Nationaal Archief, ’s-Gravenhage: Staten-Generaal (toegang 1.01.02), inv.nr. 2812, fol. 38V.
De namen van veel gebruikte archiefbewaarplaatsen of archieven kunnen afgekort worden, de gebruikte afkortingen dienen dan vóór noot 1 uitgeschreven te worden. Bij langere, meerdere keren terugkomende vermeldingen kan daarna volstaan worden door telkens de afkorting te herhalen.
NB: archiefdiensten geven over het algemeen in de inleiding op een inventaris een citeerinstructie.

Illustraties
Ieder artikel moet van illustraties worden voorzien, die bij voorkeur digitaal worden aangeleverd. Als vuistregel neme men 1 illustratie per 750 woorden, maar naar gelang het onderwerp kan hiervan worden afgeweken. Van de zijde van de uitgever, redactie, etc. worden geen gebruiksvergoedingen, auteursrechten en wat dies meer zij voor illustratiemateriaal betaald. De auteur dient in principe de vereiste toestemming zelf te regelen en eventuele rechten te betalen.
Het tijdschrift wordt gedrukt met een resolutie van 300 dpi (dots-per-inch). De illustraties dienen minimaal met dezelfde resolutie aangeleverd te worden.
Een illustratie die 10 cm (ongeveer 4 inch) breed in het tijdschrift afgedrukt moet worden, moet dus 4 x 300 = 1200 pixels breed zijn. De grootte van een digitale afbeelding kan in de meeste fotobewerkingssoftware eenvoudig worden afgelezen.

Let op: door de gangbare lage schermresolutie van 72 dpi is elke digitale afbeelding op een beeldscherm ruim vier keer groter dan een scherpe afdruk van hetzelfde beeldbestand op papier.

De afbeeldingen moeten doorlopend genummerd worden aangeleverd. In de tekst van het artikel geeft u tussen teksthaken aan waar een afbeelding moet komen. Wees consequent in het hanteren van deze nummering: deze moet juist zijn in de tekst van het artikel, in de naamgeving van de aangeleverde illustraties en in de bijschriften.

Bijschriften bij illustraties levert u als een apart lijstje aan het eind van het artikel aan. Vermeld bij kaarten altijd de datering, het formaat en de bewaarplaats.

Schema’s en tabellen: De drukker heeft zijn voorkeur uitgesproken voor aanlevering van tabellen en schema’s in MS-Word, waarbij de kolommen gescheiden zijn door een tab.
Ingewikkelde schema’s worden bij voorkeur als afbeelding (gif, tif, eps) aangeleverd.

Samenvatting
Een korte samenvatting in het Engels (maximaal 400 woorden) moet aan het artikel worden toegevoegd. Dit is inclusief de in het Engels vertaalde titel van het artikel. De redactie zorgt er voor dat de Engelstalige samenvattingen door een native speaker gecontroleerd worden.

Aanleveren tekst
De uitgeverij zorgt voor de opmaak van het artikel. U levert uw artikel, de (Engelse) samenvatting, noten- en/of literatuurlijst, kort curriculum vitae, de afbeeldingen en de onderschriften daarbij als onopgemaakte, platte tekst aan de redactie aan.

Een volledig artikel omvat:
De tekst van het artikel,
(Engelse) samenvatting,
Noten en/of literatuur,
Kort curriculum vitae van de auteur,
Uw postadres en telefoonnummer (niet voor publicatie, maar voor eventuele tussentijdse contacten en toezending van de auteursexemplaren).
Dit alles kan per e-mail (als bijlage) worden aangeleverd aan redactie@caert-thresoor.nl.
Afbeeldingen (inclusief pasfoto van de auteur)
Deze kunnen vanwege de omvang niet per e-mail gestuurd worden, Daarom ontvangt de redactie deze graag via Wetransfer.

Additionele aanwijzingen voor recensenten
Recensies kunnen maximaal 500 woorden omvatten. Een recensie behoort zowel een beknopte weergave van de inhoud van het besproken boek te bevatten als een visie van de recensent daarop.
De titel en andere gegevens van de besproken publicatie worden op een voorgeschreven wijze door de recensent boven de recensie vermeld. De titelpagina of eventuele CIP-gegevens (achterzijde titelpagina) dienen als leidraad.

Voorbeelden:
Bijzonder Onderzoek: Een ontdekkingsreis door de Bijzondere Collecties van de Universiteitsbibliotheek Utrecht / onder redactie van Marco van Egmond, Bart Jaski en Hans Mulder. – Utrecht: Universiteitsbibliotheek Utrecht, 2009. – Geb., 272 p., ill. In kleur. – ISBN 9789040076572. – Prijs € 29,95.
Suiker, verfhout & tabak. Het Braziliaanse handboek van Johannes de Laet, 1637 / bezorgd en ingeleid door B.N. Teensma. – Zutphen: Walburg Pers, 2009. – Geb., 190 p.: ill. in z/w. – ISBN 9057305844 (Werken van de Linschoten-Vereeniging, dl. 108). – Prijs € 27,50.
Ortelius’ Theatrum Orbis Terrarum (1570-1641): Characteristics and Development of a Sample of On Verso Map Text / Marcel Peter René van den Broecke. – Utrecht: Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap; Faculteit Geowetenschappen Universiteit Utrecht, 2009. – 304 p.: ill. + CD-ROM. – ISBN 9789068094237 (Netherlands Geographical Studies 380). – Prijs: € 30,-.

De recensie wordt uiterlijk vier maanden na ontvangst van de te bespreken publicatie bij de redactie verwacht. De recensent mag de besproken publicatie houden.

De redactie behoudt zich het recht voor om bij overschrijding van de gestelde termijn de publicatie terug te eisen en het boek eventueel door een andere recensent te laten bespreken.
Contactpersoon is de recensie-redacteur.

Bewijsexemplaren
Voor een artikel ontvangt elke auteur gratis twee auteursexemplaren. Voor boekbespreking ontvangt de recensent één exemplaar.